Farmaceutisch meerjarenkader
Vandenbroucke: "farmabudget bewaken en inzetten op belangrijkste noden"
Op 5 november verduidelijkte minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke voor de Kamercommissie Gezondheid de grote lijnen van het farmaceutisch meerjarenkader 2026-2029. Het doel is om budgettaire houdbaarheid, snellere toegang tot innovaties en de strijd tegen geneesmiddelentekorten met elkaar te verzoenen.
Vooruit-Kamerlid Jan Bertels (van dezelfde partij als de minister) toonde zich bezorgd over de trend in de farmaceutische uitgaven, die met 7-8% per jaar zullen stijgen als er niets verandert. Veel hoger dan de inflatie of de groeinorm. "De farmaceutische verstrekkingen nemen daardoor, als daar niets aan gedaan wordt, een steeds groter deel van het budget van de ziekteverzekering voor hun rekening," benadrukte hij.
Minister Vandenbroucke stelde zijn collega echter gerust: zoals in het regeerakkoord voorzien, is er nu een meerjarenkader dat voorziet in een voorspelbaar budgettair kader, met zowel een groeipad als een aantal structurele maatregelen.
"Dat betekent een belangrijke vooruitgang voor de stabiliteit en voorspelbaarheid van het budget voor zowel de industrie, de Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen, als de overheid", aldus Vandenbroucke.
Het farmaceutisch meerjarenkader is gebaseerd op drie componenten:
-
Een nettobudget voor farmaceutische specialiteiten voor 2026-2029, vastgesteld als een vast percentage van 17,3% van het normbudget voor de gezondheidszorgdoelstelling. Bij overschrijding van het budget wordt in een strikte responsabilisering van de industrie voorzien via een strengere clawback.
-
Een apart budget voor de Early and Fast Equitable Access procedure: in 2026 wordt hiervoor 25 miljoen euro uitgetrokken. Dat bedrag wordt deels gefinancierd met het budget voor het bestaande programma Unmet Medical Needs en deels met extra middelen verkregen door de invoering van een minimumremgeld van één à twee euro per verpakking.
-
Maatregelen om tekorten aan geneesmiddelen te voorkomen via vangnetten. Een concreet voorbeeld is het invoeren van een 'vangnet' om prijsverlagingen te voorkomen die ertoe leiden dat bepaalde oudere geneesmiddelen van de markt verdwijnen.
Versnelde toegang
De procedure voor snelle en billijke toegang is het belangrijkste nieuwe element van het systeem. Het doel is om bepaalde innovatieve behandelingen eerder beschikbaar te maken voor patiënten, voordat ze worden opgenomen in het traditionele terugbetalingssysteem. Goed nieuws dus voor uw patiënten.
Jan Bertels noemde dit een goede zaak voor mensen die op zoek zijn naar innovatieve geneesmiddelen, omdat ze daardoor geholpen kunnen worden, en toonde zich verheugd over het aparte budget dat hiervoor werd gecreëerd. "Achteraf kan dan worden geëvalueerd of deze geneesmiddelen duurzaam in het reguliere circuit kunnen worden opgenomen."
CRM, rationeel gebruik, post-AMM
Naast het budgettaire kader werkt Vandenbroucke aan flankerende maatregelen, met name:
- de stimulering van onderzoek naar behandelingsoptimalisaties via het Post Reimbursement Fonds,
- de vereenvoudiging van CTG-procedures
- de verdere ontwikkeling van beleid rond onbeschikbaarheid van geneesmiddelen en doelmatig gebruik.
Wat betekent dit voor artsen?
- Grotere voorspelbaarheid van terugbetalingsbeslissingen, met duidelijker gedefinieerde financiële beperkingen.
- Snellere toegang tot innovatieve behandelingen, mogelijk relevant voor ziekten met een hoge klinische last (oncologie, zeldzame ziekten, immuuntherapie, etc.).
- Maatregelen om stockbreuken in apotheken en ziekenhuizen te beperken.
- Minimaal remgeld: weinig impact voor patiënten, maar een symbolische bijdrage aan de financiering van innovatie.