Artsen noch apothekers kennen medicatiegebruik
Artsen noch apothekers kennen het exacte medicatiegebruik van de patiënten die zij onder hun hoede hebben. Dat blijkt uit de resultaten van een meldactie van de patiëntenfederatie NPCF over de overdracht van medicatiegegevens. Een op de drie keer klopten de gegevens van artsen en apothekers niet met wat de patiënt in realiteit innam.
Aan de meldactie deden ruim 4.000 patiënten mee. De bevraging leidde tot een belangrijke conclusie: de huisarts, de apotheker en de specialist praten veel te weinig met de patiënt over zijn medicijngebruik. De huisarts maakt wel een voorschrift maar in een op de twee gevallen is dat niet de aanleiding voor een gesprek over geneesmiddelengebruik. Amper een op de vijf deelnemers gaf aan dat hij minstens een keer per jaar samen met zijn arts zijn medicatieoverzicht doorneemt. Slechts 44 procent van de ondervraagden zei dat de specialist bij een consultatie informeert naar het meest recente medicatiegebruik. NPCF-directeur Wilna Wind is dan ook erg ontgoocheld. "Wij wisten dat het bespreken van het geneesmiddelengebruik flink kon verbeteren, maar we wisten niet dat het zo erg was. Het is de taak van de arts en de apotheker om op de hoogte te zijn van bepaalde wijzigingen. Zij moeten de gegevens overdragen aan andere zorgverleners. Maar ook de patiënt moet alle belangrijke informatie over zijn geneesmiddelengebruik doorgeven en controleren of het overzicht klopt."