"In principe zou een Orde niet nodig mogen zijn"
Er is een tijd van komen en er is een tijd van gaan. Professor en apotheker Willy Baeyens (64) vindt dat zijn tijd van gaan, gekomen is. Hij keek om, en zag dat het goed was. Maar ook dat het altijd nog beter kan en dat er boeiende en uitdagende tijden lonken. Bij de Orde, maar ook privé.
Zoek Hansbeke, liefst met gps, en letterlijk onder de kerktoren vind je professor-emeritus en apotheker Willy Baeyens. Een warm welkom en een goed glas port. Willy Baeyens kan (eindelijk) wat achteruit leunen en omkijken. "Maar je moet niet te veel omkijken. Mij wachten zoveel boeiende dingen. Als muzikant, als organisator van congressen, als professor in Spaanse doctoraatstribunalen, als echtgenoot, vader en - vooral - grootvader..." En als tuinman, voeg ik er in stilte met een blik op het perfect onderhouden gazon aan toe.
U was 17 jaar lang lid van de Nationale Raad en 13 jaar voorzitter van de Nederlandstalige sectie van de Orde der Apothekers. U heeft veel zien veranderen. Wat valt u het meeste op?
De Orde heeft de laatste 15 jaar een ware metamorfose ondergaan. We zaten in een ivoren toren en die hebben we gelukkig kunnen slopen. Samen met mijn collega's - eerst professor Jacques Hanot en de laatste jaren met professor Jeanine Fontaine - zijn we er toch met veel inspanningen in geslaagd om belangrijke stappen te zetten naar een transparant disciplinair controle-orgaan.
De perceptie van de Orde is anders niet altijd fraai geweest...
(zucht) Ja, dat is waar. Voor velen was de orde een soort logge, ondoorzichtige, corporatistische instelling van zelfvoldane grijsaards die het beroep niet kenden of die als ultiem doel het eigenbelang stelden. Nu zien we toch dat de Orde meer en meer een gesprekspartner voor de apotheker is geworden, in plaats van de gevreesde controleur en sanctioneerder. De Orde is uitgegroeid tot een orgaan dat zeker niet meer in de eerste plaats staat voor disciplinaire sancties. We zijn een instelling geworden, gecreëerd door de wetgever, met als voornaamste doel om commerciële excessen tegen te gaan. Een orgaan dat, wat tucht betreft, vooral een informerende en verzoenende houding heeft aangenomen.
Hoe heeft u dat dan aangepakt?
Een van de eerste middelen was ongetwijfeld onze gebruiksvriendelijke website, die trouwens binnenkort nog meer performant zal worden. Maar we hebben ook de Code van de Farmaceutische Plichtenleer twee keer aangepast. Daar zijn talloze vergaderingen met alle geledingen van het beroep, met magistraten en juristen aan vooraf gegaan. Maar wij hebben de Orde ook op de kaart gezet, in binnen- en buitenland. We meten continu de temperatuur qua wetgeving en beroepsuitoefening, ook op Europees niveau. We zijn nu aanwezig op vrijwel alle belangrijke platforms van de gezondheidsberoepen: PGEU, e-Health, EURHeCA, het FAGG, het kabinet Volksgezondheid en niet in het minst op onderwijsregulerende Europese niveaus... We zijn een volwaardige gesprekspartner bij het ontwerp van goede en belangrijke KB's. Maar we proberen ook, veel meer dan vroeger, op juridisch-deontologische problemen te anticiperen en we hebben onze Orde ook opengetrokken door op continue basis te overleggen met de Orde der Geneesheren, de Orde van Architecten, de Orde van Dierenartsen en van Vlaamse Balies en hun respectievelijke Franstalige tegenhangers.
Dat is ook nodig, zeker met de hervormingsnota van Di Rupo waardoor alle Ordes zouden moeten splitsen.
De Ordes worden inderdaad aangezet tot splitsing. We hebben daar trouwens al een hele rist constructieve vergaderingen over gehad. Er komt door die beslissing een Vlaamse en een Franstalige Orde der Apothekers met, gelukkig, één nationale Code die voor alle apothekers zal gelden. De nieuwe structuur is nog 'under construction' en ligt dus nog niet vast. Een aantal zaken zijn wel al min of meer zeker. Zo willen we een uniformisering bereiken van de disciplinaire sancties, over de verschillende provincies heen. Op basis van het onderzoek van de betrokken Provinciale Raad zal dan een soort tussenorgaan - één langs Vlaamse en één langs Franstalige zijde - een strafmaat uitspreken. Dit is een van de belangrijkste denkpistes, maar het is niet evident om die om te zetten in praktijkstructuren.
Het apothekersmétier heeft de laatste tijd wel een aantal frontale aanvallen te verduren gehad, onder meer door de mystery shoppers van Test Aankoop.
Ja, de resultaten van dat 'onderzoek' zijn zwaar aangekomen bij de grote meerderheid van apothekers, maar ook bij de Orde. En ik zeg bewust 'onderzoek' met aanhalingstekens, want we kunnen het wel hebben over de wetenschappelijk niet onderbouwde manier van die enquête, maar we kunnen ons daar niet achter wegsteken en die resultaten negeren. Het positieve van wat er toen gebeurd is, is dat we daardoor een aantal zeer constructieve vergaderingen hebben gehad met het kabinet van Volksgezondheid. In het begin zat daar vijf man en een paardenkop, maar uiteindelijk is dat nu een groep waarin ook alle Belgische universiteiten vertegenwoordigd zijn. Ik zal er niet meer bij zijn als die vergaderingen in concrete acties zullen omgezet worden maar ik zie wel dat alles de goede kant opgaat. De wil tot slagen is zeer duidelijk bij alle gesprekspartners aanwezig, niet in het minst bij de gastheer, het kabinet Volksgezondheid.
Spijt dat u er niet meer bij zult zijn?
(even aarzelend) Ja, natuurlijk. Maar ik ben er mij zeer goed van bewust dat ook jonge apothekers hun kans moeten krijgen en mee aan de kar moeten trekken. Als apotheker in hart en nieren en als mens heb ik me heel sterk ingezet om de waarde van het beroep te helpen opwaarderen op alle mogelijke vlakken. Dat is niet altijd eenvoudig geweest. De tegenstand was soms groot. Ik hield er echt van om zoveel mogelijk acties te helpen ondernemen op allerlei niveaus met maar één doel: de kwaliteit van de uitoefening van het beroep van apotheker te verbeteren en op die manier de maatschappelijke appreciatie ervan op een verdiend hoog niveau te brengen. Of dat nu als officina-apotheker was, als zieken-huisapotheker of als klinisch bioloog. Ik heb me daarbij altijd buiten de schijnwerpers geplaatst. Het is een beetje zoals in de muziek. U weet dat ik ook basgitaar speel... Wel eigenlijk is dat hetzelfde: ik speel het liefst basgitaar omdat de impact op het eindproduct heel erg hoog is en niemand zich die rol echt kan inschatten. Dat in tegenstelling tot de gitarist-solist die met supermooie riffs iedereen in vervoering brengt en daardoor ook scoort. Nu trek ik mij, figuurlijk, uit dat gebeuren terug. Als Orde zijn we uit onze ivoren toren gestapt. We hebben ons gemengd met de basis. We zijn op de laatstejaarsstudenten Farmacie afgestapt en we hebben deontologische vormingssessies georganiseerd. Bijzonder boeiend! We zijn met jonge apothekers-in-spe gaan debatteren en discussiëren. Het is nu aan die jongeren om het te gaan doen.
Maar het werk is nog niet gedaan.
Bijlange niet! De Orde - of hoe ze ook zal heten - zal in de toekomst nog meer moeten investeren in contacten en trainingssessies met laatstejaars en afgestudeerden en hun stagemeesters... De jonge generatie apothekers is zich daar erg van bewust en net daarom moeten zij de officiële structuren nu helpen bevolken en hun verantwoordelijkheid bij de verkiezingen van de Raden opnemen. Maar eigenlijk, stricto sensu, zou een Orde niet nodig moeten zijn. Om collega Jacques Hanot te citeren: deontologie begint waar de uitgebreide wetgeving ophoudt. Een correct gedrag, mede gesteund op een jarenlange en zware academische vorming, tegenover patiënten, collega's, instellingen en wat dan ook, is de evidentie zelve. Maar ja, niet elke collega is deze mening toegedaan en daarom moet er gecontroleerd, onderzocht en zo nodig gesanctioneerd worden. Zonder een deontologische/ethische gedragscode werkt het systeem niet, ten zeerste tot mijn spijt... Dat is wat men nu eenmaal 'het menselijke beest' noemt.
Terugkijken is ook evalueren. Is er iets waar u spijt van heeft?
Ach, het is een klassieke dooddoener, hé: "if I had to redo from start". Met de kennis die ik nu heb zou ik toch voor dezelfde aanpak kiezen, maar ik zou wel een meer doeltreffende organisatie van onze doelstellingen plannen. En ja, ik zou de contacten met de talloze betrokken partijen - voor het goede doel - serieus opdrijven. Maar spijt? Misschien spijt over het feit dat ik, naast mijn apothekersdiploma, nooit een juristendiploma heb gehaald. Hoewel het leven in de eerste plaats wetenschap is, worden we geleefd in een structuur die gedomineerd wordt door zuivere wetgeving. Dat heeft bij mij frequent tot professionele frustratie geleid. Ik sla dus mea culpa omdat ik teveel in academische research, in luminescentie, in geneesmiddelenanalytiek, in talen en in moderne muziek heb geïnvesteerd, in plaats van de auditoria van de Faculteit Rechtsgeleerdheid te hebben bezocht. Maar enfin, we hebben dat kunnen oplossen door uiterst competente juristen in onze Nationale Raad binnen te halen.
En nu, professor?
Nu? Nu ga ik eigenlijk mijn valiezen pakken en een weekje met vakantie vertrekken. Veel geluk professor!