Apothekers en artsen als partners voor geïntegreerde zorg

Data inzetten voor een betere gezondheid

Data en digitalisering kunnen bijdragen tot een betere gezondheid. Dat was de boodschap die te horen was in de ‘DigiVan’ die maandag halt hield bij Apotheia in Leuven.

 

De DigiVan is een caravan die werd omgetoverd tot een knusse mobiele ontmoetingsplek waar zorgprofessionals in gesprek gaan over digitalisering in zorg en welzijn. Op maandag 20 oktober streek de DigiVan neer bij Apotheia Leuven, ook gekend als het Huis van de Apotheker.

“Daar is een goede reden voor”, zegt Hilde Deneyer, co-voorzitter van Apotheia. “Apothekers spelen een belangrijke rol in de eerstelijnszorg dankzij hun laagdrempeligheid en bereikbaarheid, en zijn een vaste partner in geïntegreerde zorg. Daarom willen we vandaag ideeën uitwisselen over hoe digitale tools en gezondheidsdata kunnen bijdragen aan een betere zorg voor onze patiënten.”

Populatiemanagement inzetten

Tijdens het event gaf apotheker Marie Van de Putte, coördinator geïntegreerde zorg en population health management Apotheia en bij Zorgzaam Leuven, een workshop over hoe apothekers en huisartsen populatiemanagement kunnen inzetten.

“Populatiemanagement is in de eerste plaats proactieve zorg,” zegt Marie Van de Putte. “In plaats van te wachten tot iemand zich ziek aanmeldt in de praktijk of officina, vragen we ons af hoe we ervoor kunnen zorgen dat mensen zo lang mogelijk gezond blijven.”

In het kader van HARTstad Leuven spelen apothekers bijvoorbeeld al een belangrijke rol om burgers te sensibiliseren rond hartgezondheid. Binnen het project VanHarte zullen 50 burgers worden opgeleid om via een eenvoudige app risicofactoren bij in totaal 1.000 buurtbewoners in kaart te brengen.

Gijs Van Pottelbergh, huisarts en docent Huisartsgeneeskunde aan de KU Leuven, benadrukt dat de klassieke curatieve zorg blijft bestaan, maar dat de blik breder moet. “Uiteraard zullen we zorg blijven verlenen aan zieke patiënten, maar we willen ook zorgen voor wie niet tot in de praktijk geraakt. En vooral voorkomen dat mensen onder de radar blijven, tot ze dan uiteindelijk met acute hartklachten op de spoed belanden.”

Die aanpak zorgt er niet alleen voor dat mensen langer gezond leven, maar ontlast ook het zorgsysteem . “Het bewustzijn rond chronische aandoeningen verhogen, leidt uiteindelijk tot minder druk op de zorg”, zegt Marie Van de Putte.

Goede instrumenten

Om populatiemanagement uit te voeren, zijn goede instrumenten nodig. “De basis bestaat uit barometers en dashboards die op de achtergrond uiteenlopende data vastleggen en feedback geven aan de arts of apotheker,” legt Marie uit.

Ze verwijst naar de situatie in Leuven, waar ze op buurtniveau werken, in acht buurten met elk een eigen profiel en zorgaanbod. “Personen met diabetes moeten opgevolgd worden door een oogarts. Maar als je in een bepaalde buurt individueel een afspraak wil maken, is er misschien pas over zes maanden plaats in de agenda van een oogarts. Veel mensen haken dan af, waardoor die opvolging niet gebeurt.”

“Als je dat op populatieniveau plant en weet dat er in een buurt bijvoorbeeld honderd personen met diabetes wonen, dan kan je in samenwerking met de oogartsen een traject opzetten waarin die doelgroep op een bepaalde dag en tijdstip wordt uitgenodigd voor een controlere”, vult Gijs Van Pottelbergh aan.

Alles staat en valt met samenwerking tussen de verschillende zorgverleners, zegt Van Pottelbergh. “We willen zeker geen strijd om de patiënt .”

In een voor de gelegenheid ingerichte posterwand kregen projecten van de HARTstad-partners een prominente plaats. Bezoekers konden er kennismaken met inspirerende initiatieven van onder andere Apotheia, CEBAM, stad Leuven, Zorgzaam Leuven en KU Leuven.